Werkwijze en doelgroepen

Een regionaal Hersenletselcentrum zet zich in voor het bevorderen van de maatschappelijke en, zo mogelijk, economische participatie van de NAH getroffene met beperking van de professionele begeleiding tot een noodzakelijk minimum.

Hiervoor biedt het Hersenletselcentrum multidisciplinaire expertise, behandeling en begeleiding waarbij de cliënt, het sociale netwerk en de hulpverlener samenwerken.

Er ontstaat een dialogisch proces waarbinnen de driehoek, Triade, de steunstructuur behoefte van de cliënt wordt besproken en er wordt afgesproken wordt wie welke steunstructuur aanreikt. Dit emancipatoire proces is erop gericht om de mens te voorzien van veelal nieuwe competenties om na de breuk in de levenslijn om weer betekenisvol te kunnen functioneren in de samenleving.

Dit gebeurt door middel van:

  1. de ontwikkeling van hulpmiddelen tot risicosignalering en effectmeting bij NAH;
  2. een gecombineerde aanpak van professionele hulpverlening én informele hulp
  3. door ervaringsdeskundigen (lotgenoten), vrijwilligers en het eigen sociale netwerk;
  4. het aangaan van allianties met betrokken partijen in de regio (incl. sociale netwerk)
  5. de inzet van preventieve maatregelen teneinde terugval te voorkomen.

Doelgroepen:

  1. NAH-getroffenen en hun naasten. De naasten worden expliciet genoemd, omdat NAH niet alleen de direct getroffene aangaat. Ook bij zijn naaste omgeving (ouders, partner, gezin met ev. jonge kinderen of pubers) kan ‘een breuk in de levenslijn’ optreden. Dit ligt anders voor een mantelzorger die meer op afstand hulp biedt.
  2. Betrokken informele vrijwilligers, waaronder ervaringsdeskundigen en ex- cliënten
  3. Regionale Hersenletselteams en Afasiecentra
  4. Gecertificeerde zorgaanbieders, die NAH-getroffenen in hun cliëntenpopulatie hebben en zich specifiek op de zorg aan hen richten,
  5. Zorgverzekeraars en de overheid: de gemeentes
  6. Regionale afdelingen van de patiëntenverenigingen